"Het is niet omdat het moeilijk is dat we niet durven, het is omdat we niet durven dat het moeilijk is"

1 april 2016

Gezegend door de goden

Na de lunch vertrekken we naar Haridwar, een heilige stad aan de Ganges, op een half uurtje van Raiwalla. Aan de ingang van de ashram houdt een jonge bestuurder de deur van zijn oud, wit busje ingericht met gordijntjes en kunstgras open. Al snel heeft deze knappe man enkele vrouwelijke fans. Zelfs als we even later opschrikken van een brusk uitwijkingsmanoeuver.
Het tafereel van zwervend afval in een stoffige berm van armoede wisselt af met nette gebouwen, meestal een hotel of een tempel. Op dit moment komen Hindoes uit alle hoeken van het land richting Haridwar, één van de twee heilige steden, voor een religieus festival midden april. Er is dus veel verkeer, wat een gewring van bussen op én naast de weg veroorzaakt. In de bus naast ons verschijnen meerdere handen een smartphone uit de raampjes om een gammel busje vol witte toeristen vast te leggen.

We starten de uitstap met een bezoek aan de Chandi Devi Tempel. Hiervoor nemen we een kabellift. We schuiven aan tussen de opvallend rijkere kaste, kijken naar de varkens in de bedding van een op wat slijk na uitgedroogde gracht, aapjes bewegen snel over de muurtjes rondom ons. Na de franke apen in Bali voel ik toch wat weerstand naar deze dieren. Ze durven zomaar op je schouder springen en al wat je in je handen hebt weggritsen. Ik vermijd oogcontact, ze houden zich rustig. Ze ruziën vooral onder elkaar, wat dan wel grappig is om naar te kijken.
We kunnen met vier in een bakje dat lijkt op eentje van een oud reuzenrat. Ik geniet van het uitzicht over de valei met in de verte de brede Ganga. Bovengekomen laten we onze schoenen achter om de trappen naar de tempel te trotseren. Sommigen kopen een offermandje met bloemen.
Bij een tempel denk ik altijd aan een marmeren gebouw met enkele brede trappen die je leiden naar een imposante deur. Maar hier bevind ik me oog in oog met de priester nog voor ik begrijp waar ik ben. De priester neemt de offers van de bezoekers voor me aan en zegend hen met een rode bol tussen de ogen onder wat gemompel. Ik mis mijn kans bij deze, maar krijg meteen te horen dat ik de goden nog apart om een gunst kan vragen.
Wat trappen bergafwaarts, schuif ik aan bij de kamer waar een priester in naam van Shiva zegend. Er zijn meerdere kamers naast elkaar, die eruitzien als oude liftkokers met de traliedeuren open.
Shiva is de god van de vernietiging van obstakels. Het aanschuiven begint een geduw tussen onze groep en een bende jonge Indiërs. De priester vraagt mijn naam, duwt met zijn duim een rode stip tussen mijn ogen en bindt een rood met geel touwtje rond mijn pols terwijl hij een gebed prevelt. Vervolgens duwt zijn hand mij in een buigende houding en slaat diezelfde hand op mijn rug. Gezegend ben ik. Kracht en zelfvertrouwen zullen mij tegemoet komen. Hetzelfde herhaalt zich bij Ganesha, de god van de bescherming van het gezin. Laat bescherming en zorg nu net zijn wat ik echt nodig heb.


Over Ganesha, de god die wordt afgebeeld met het hoofd van een olifant. Shiva, god van de vernietiging van de obstakels, komt na lange tijd terug thuis van het jagen. Toen hij vertrok was zijn vrouw Parvati hoogzwanger, ondertussen was Ganesha geboren en zat elke dag voor het huis zijn vader op te wachten. Shiva zag zijn zoon als een indringer en onthoofde hem. Parvati scheeuwde dat dat hun zoon was. Shiva beloofde haar het eerste dier dat hij zag zou onthoofden en zo kreeg Ganesha een olifantenhoofd.

Na de tempel voeren de busjes ons naar Ganga Arti aan Har Ki Pauri trekken. Dit is een offerande op de Ganga die zich dagelijks herhaalt. Op het moment dat we de oever met uitzicht op de plaats waar de offers te water zullen gaan bereiken, staat een Indiër met een grijze moustache wat in mijn oor te fluiten. Zijn hand waarvan elke vinger minstens één ring draagt maakt een dwingend gebaar dat we moeten zitten. Daar zitten we dan, een bende bleekscheten in witte broeken zonder schoenen op de stoffige kade tussen een massa kleurrijke Indiërs. Het moet gezegd, ze hebben een dankbare huidskleur om met zowat alle felle kleuren te combineren. We maken dan ook enkele prachtige foto's.
De man met snor en een niet te overzien ego houdt niet alleen de massa met zijn kont op de grond, maar krijgt ook een pluim voor entertainment. Als de offers vuur vatten aan de overkant, klinkt een gebed door de luidsprekers...en hij lijkt alles voor te zeggen. Ik denk dat hij graag priester wil zijn. Ik vind hem geweldig om naar te kijken. Als de man even uit het zicht is en de brandende offers te water gaan, veert de massa recht. Er wordt in koor geroepen, of zal ik zeggen gebeden. Naast mij gooit een vermoedelijk echte priester water over de massa, heilig Gangeswater? Ik ben alvast gezegend. Weeral!!

De bruggen over de Ganga zijn overladen met kleurrijke lichtjes. Het water eronder stroomt behoorlijk snel, ik denk aan de vele weekends die ik met mijn kajakvrienden doorbracht aan de oever van zo'n stormend water. Even een momentje van nostalgie, we zijn elkaar niet uit het oog verloren, maar die weekends komen niet meer terug. De liefde voerde meerdere jeugdvrienden naar het buitenland. Maar afstand maakt ons niet minder verbonden.

Het pad naar de bus leidt ons langs de armsten der armen, zij die leven onder de brug. Zoveel mensen leven hier in armoede, sommigen leven met een hele familie in een bescheiden hut, en bezitten zelfs een motorfiets of auto. Maar velen leven zoals deze, onder de brug tussen het afval en bedelen de dag door. Hoe oneerlijk kan het leven zijn? Geloven zij nog steeds in hun goden als ze zelfs hun kind niet kunnen voeden, niet kunnen baden?

De derde dag herhaalt het programma van de eerste dag: meditatie, yoga, ontbijt, yoga, filosofie, lunch, wandeling naar iemand die Henna tattoes zet, yoga, meditatie, avondmaal en dan pif poef paf ik was af.
Simplicity . . .

Geen opmerkingen: